mindszenty 1
Maria Valtorta:
'De Madonna
(altijd die van Fatima, vanwege haar positie, hoog op de eik,
maar ánders, omdat ze een asgrijze mantel heeft, bijna uit boetedoening,
en een boek vasthoudt dat eveneens in asgrijs is bedekt)
kijkt altijd naar het oosten, met een gezicht van pijn,
maar naar de grond gericht.
De eerste en tweede dag vraag ik haar niets.
Maar de derde dag wel.
Ze antwoordt mij:
"Ik kijk naar een gevangenis, in een cel in Hongarije.
Ik kijk naar een dienaar van mijn Zoon en bid voor hem...
Maar het doet mij minder pijn om naar de gemartelde te kijken dan om
zelfs zonder naar hen te kijken, andere harten van gewijde mensen in gedachten te hebben,
die door niets anders gekweld worden dan door hun eigen slechte wil...
Ik bid ook voor hen,
maar... wat kost het mij!
Net als de woorden die, vrijdagochtend [605.10], tot de verraderlijke apostel werden gesproken.
Mijn laatste, en nutteloze, woorden aan de onberouwvolle...
Daarom draag ik een boetekleed.
Ze hebben de Moeder in rouw gebracht, geloof me...
En ik houd dit in mijn handen (wijst naar het boek)
om het te reinigen van hun stof
dat het zo grijs heeft gemaakt."
En ze huilt.'
Reacties
Een reactie posten