hart reukaltaar 6
Jezus zegt:
'"En Aäron zal er reukwerk op branden."
Wie is Aäron? Maar Ik!
Ik ben jouw Priester en Pontifex,
en Ik verbrand 's ochtends en 's avonds
op het altaar dat jij voor Mij hebt bereid
de zoete geur van jouw opoffering/zelfverbranding van / uit liefde.
"'s Ochtends en 's avonds"... d.w.z. altijd.
Jij moet Mij deze wierook geven, zodat Ik hem kan consumeren.
Laat het branden, voor jezelf, voor je medebroeders
en voor de Glorie van God.
In het Oosten zijn er planten met kostbare aroma's.
Hoe meer ze geven, hoe meer ze door de mens worden verwond en gevild.
Als ze zonder verwondingen achterblijven, hebben ze niets anders dan andere planten.
Groene bladeren, en een gerimpelde bast, en geen parfum.
Maar als het ijzer wonden opent,
zie dan dat, als tranen uitgeknepen door pijn, druppels balsem vallen
die worden gebruikt om oliën te parfumeren
en te beschermen tegen bederf.
En de plant moet steeds opnieuw gewond raken,
geven, geven, geven tot aan zijn dood.
Als ze het met rust laten, en de wond geneest
dan kreunen de kostbare druppels niet langer.
Mediteer en leer!
Op dit altaar mag geen andere wierook,
andere offergave of ander slacht-offer worden geplaatst.
Maar alleen de geur van jouw naasten-liefde, de offerande van jezelf,
slacht-offer geofferd aan de Goddelijke Liefde
uit Liefde voor allen.
"En één keer per jaar," zo staat er in Exodus,
"zal Aäron verzoening doen
met het bloed dat voor de zonde wordt geofferd."
Maar Ik zeg je:
"En wanneer Ik maar wil, zal Ik met jouw bloed,
geperst en verstrooid onder het mes van de pijn,
een offer brengen ter verzoening voor de zonden van de wereld."
Klaag niet.
Ik ga elke dag naar boven
- duizend en duizend keer per dag -
op het altaar om geconsumeerd te worden.
Er is geen minuut, er is geen seconde gedurende de dag in zijn 24 uren,
waarin er, ergens op een punt op de aardbol, geen altaar is
waarop de onschuldige Hostie verheven schijnt.
Jullie zijn er nog steeds
door deze eeuwige en voortdurende holocaust van Mij;
anders zou de toorn van de Vader jullie al lang geleden vernietigd hebben,
omdat jullie kwaad het oneindige geduld van God ver te boven gaat.
Wat zegt de priester bij het altaar?
"Pro me et omni humano genere"
["Voor mij en heel het menselijk geslacht."]
Dat is de gedachte van de priester
terwijl hij offert en opoffert.
Ook de jouwe:
"Voor mij en voor de hele mensheid offerde Jezus zichzelf op.
Ook ik, voor het hele menselijke ras, offer mezelf op
met Hem, en in Hem, en door Hem."
En al je angst, al je harteleed...
die geen wanhoop is omdat je op Mij blijft hopen,
maar het heeft al een vleugje wanhoop, het is zo hard...
bedenk...
– en denk er altijd aan, elke keer dat angst en harteleed
je met instrumenten van vuur verbranden en doorboren, verpletteren en nagelen –
bedenk dat het dient om het menselijk ras Genade te schenken.
Het is geen steriel verlangen.
Noch is het egoïstisch verlangen dat jou ten goede komt.
Het is smachten waarmee jij geschenken van genade koopt
voor de ongelukkigen die niet weten hoe lief te hebben en te bidden,
of die het niet weten te doen zoals het hoort.
Dus als je de meeste hunkert, zeg dan tegen jezelf:
"Dit elimineert échte wanhoop/radeloosheid.
Dank U, mijn God, dat Gij hiervoor mij gebruikt.’
Ga in vrede, kleine Johannes.
"Waar naastenliefde en liefde zijn, is God,"
zei de grote Johannes.
Daarom ben Ik bij jou, en jij bij God,
omdat jij de Liefde hebt begrepen.'
[25/7/44]
Reacties
Een reactie posten