cecilia's kuise liefde 2
Jezus zegt:
'Cecilia leert je nog wat!
Dat je, om het te verdienen God te zien, zuiver moet zijn.
Zij leert het aan Valeriaan en aan jou.
Ik heb het gezegd:
"Zalig de zuiveren [van hart], want zij zullen God zien." [Mt.5:8]
Zuiver zijn betekent niet dat je maagd bent.
Er zijn maagden die onrein zijn, en vaders en moeders die zuiver zijn.
Maagdelijkheid is fysieke en, zou moeten zijn, spirituele onschendbaarheid.
Zuiverheid is kuisheid die standhoudt onder de omstandigheden van het leven.
In alle.
Hij is zuiver die de lust en begeerten van het vlees niet beoefent en eraan toegeeft.
Hij is zuiver die geen behagen vindt in losbandige gedachten, voordrachten of shows.
Hij is zuiver die, overtuigd van de alomtegenwoordigheid van God, zich altijd gedraagt,
zowel met zichzelf alleen als met anderen, alsof hij zich middenin een publiek bevindt.
Zeg eens: zouden jullie midden op een plein doen wat je jezelf laat doen in je kamer?
Zouden jullie aan anderen vertellen, bij wie je een hoge reputatie wilt behouden,
wat je vanbinnen herkauwt en herkauwt? Nee.
Want op straat zou je de straffen van mensen ondergaan
en onder mensen hun minachting.
En waarom doe je het dan anders t.a.v. God?
Schamen jullie je niet om voor Hem als varkens te verschijnen,
terwijl jullie je schamen om zo over te komen in de ogen van mensen?
Valeriaan zag de engel van Cecilia
en kreeg de zijne, en bracht Tiburtius naar God.
Hij zag hem nadat Genade hem waardig had gemaakt,
tegelijk met de wil om de engel van God te zien.
Toch was Valeriaan geen maagd. Hij was geen maagd.
Maar welk een verdienste, door een boven-natuurlijke liefde,
om elke verstokte heidense gewoonte weten af te scheuren!
Grote verdienste voor Cecilia
die haar genegenheid voor haar man wist te behouden, in volledig spiritueel sferen,
met een dubbele heroïsche maagdelijkheid.
Grote verdienste voor Valeriaan
die herboren wist te willen worden in de zuiverheid van de kindertijd,
om met een witte stola Mijn Hemel binnen te komen.
De zuiveren van hart!
Geurend en bloemrijk bloembed
waar engelen overheen vliegen.
De sterken in het geloof.
Rots waarop Mijn Kruis oprijst en schijnt.
Rots waarvan elke steen een hart is dat aan een ander is vastgecementeerd
in het gemeenschappelijke geloof dat hen bindt.
Ik ontken/ontzeg niets aan hen
die weten te geloven en het vlees en de verleidingen te overwinnen.
Net als bij Cecilia geef Ik de overwinning
aan hen die geloven en die zuiver zijn van lichaam en gedachte.'
[22/7/44]
Reacties
Een reactie posten