arm van geest 6
Jezus zegt:
'De grote categorie ‘armen van geest’
die Ik als eerste noemde (in de zaligsprekingen)
– omdat Ik zou kunnen zeggen dat men,
zonder deze vrijheid van geest boven alle geneugten van het leven,
niet de andere deugden kan hebben die de zaligsprekingen noemen –
is verdeeld en onderverdeeld in vele vormen:
Nederigheid van denken -
die zichzelf niet opblaast en tot superdenker uitroept,
maar gebruik maakt van de gave van God, de Bron erkennend,
voor het Goede, alleen daarvoor.
Gulheid in genegenheid,
van dewelke men zich ook weet te ontdoen,
zelfs hiervan, om God te volgen.
Zelfs (in het geven) van je leven.
De meest waarlijk en meest instinctief geliefde rijkdom van het dierlijke wezen.
Mijn martelaren waren allemaal genereus in die zin,
omdat hun geest zich had weten arm te maken
om ‘rijk’ te worden in de enige eeuwige rijkdom:
God.
Billijkheid in het liefhebben van je eigen dingen.
Van ze houden omdat dat, gezien ze getuigen
van de Voorzienigheid jegens ons,
een plicht is.
Ik heb er al over gesproken in eerdere dictaten.
Maar NIET van ze houden tot het punt dat je ze meer liefhebt dan God en Zijn Wil;
NIET van ze houden tot het punt dat je God vervloekt
als een mensenhand ze van je afrukt.
Tenslotte, Ik herhaal het:
vrijheid van geldslavernij!'
[19/7/44]
Reacties
Een reactie posten